Voor deze cursus kan niet meer worden ingeschreven. De cursus kan nog wel in overleg als maatwerk op school gegeven worden.

In het kort: in deze cursus leren we je hoe je je vak aantrekkelijker maakt voor leerlingen door meer samenhang aan te brengen.

Voor wie: docenten Nederlands en MVT die – eventueel m.b.v. een methode – hun onderwijs kritisch onder de loep willen nemen en willen verbeteren.

Wanneer:
In onderling overleg te bepalen.

Herkenbaar?

• Je wil je onderwijs aantrekkelijker en minder fragmentarisch maken, maar je weet niet goed waar je moet beginnen.
• Je ziet de samenhang tussen de verschillende vakonderdelen wel, maar je leerlingen lijken toch vooral losse onderdelen te zien.
• Je leerlingen vinden je vak niet altijd interessant of zien er het nut niet van in.
• Je leerlingen leren eigenlijk vooral als er een toets aan komt.
• Je wil aansluiten bij de onderwijsontwikkelingen en de actualiteit.

Een taal lijkt soms net een verkaveld stuk landbouwgrond. De ene les werken we aan woordenschat, de volgende les aan fictie of literatuur en weer een andere les aan leesvaardigheid. We werken dus steeds op een ander ‘landje’ en hopen of verwachten dan dat leerlingen de opgedane kennis en vaardigheden als vanzelf toepassen wanneer ze op een ander stukje grond aan het werk zijn. Dat die ‘transfer’ niet of nauwelijks plaatsvindt, weten we inmiddels ook. Tegelijkertijd ervaren docenten vaak dat ze te weinig tijd hebben om aan alle onderdelen van het vak recht te doen.

Wij leren je graag op welke manier je je onderwijs kunt herontwerpen. We maken hierbij gebruik van twee modellen: constructieve afstemming (‘constructive alignment’) en achterwaarts ontwerp (‘backwards design’), zodat er samenhang komt tussen je leerdoelen, je lessen en de (formatieve en summatieve toetsen. Daarnaast zorgt de samenhang tussen de vaardigheden ervoor

• Dat leerlingen betere lezers en schrijvers worden
• Dat leerlingen de noodzaak zien om hun taalvaardigheden te vergroten
• Dat leerlingen het nut van het beheersen van de (moeder)taal zien
• Dat de docent voldoende tijd heeft om de leerlingen verder te brengen

Je krijgt informatie en voorbeelden om je eigen lessenserie op te zetten of een bestaande lessenserie onder de loep te nemen. Je kunt dat individueel doen of met collega’s uit het hele land. Er is veel ruimte voor uitwisseling, zodat je niet al het werk alleen hoeft te doen.

Aan het eind van de cursus heb je een ontwerp voor een (korte) lessenserie waarin meerdere vaardigheden samenkomen, met een bijbehorende toetsvorm.

Lees meer

Voor deze cursus kan niet meer worden ingeschreven. De cursus kan nog wel in overleg als maatwerk op school gegeven worden.

In het kort: in deze cursus leren we je hoe je je vak aantrekkelijker maakt voor leerlingen door meer samenhang aan te brengen.

Voor wie: docenten Nederlands en MVT die – eventueel m.b.v. een methode – hun onderwijs kritisch onder de loep willen nemen en willen verbeteren.

Wanneer:
In onderling overleg te bepalen.

Herkenbaar?

• Je wil je onderwijs aantrekkelijker en minder fragmentarisch maken, maar je weet niet goed waar je moet beginnen.
• Je ziet de samenhang tussen de verschillende vakonderdelen wel, maar je leerlingen lijken toch vooral losse onderdelen te zien.
• Je leerlingen vinden je vak niet altijd interessant of zien er het nut niet van in.
• Je leerlingen leren eigenlijk vooral als er een toets aan komt.
• Je wil aansluiten bij de onderwijsontwikkelingen en de actualiteit.

Een taal lijkt soms net een verkaveld stuk landbouwgrond. De ene les werken we aan woordenschat, de volgende les aan fictie of literatuur en weer een andere les aan leesvaardigheid. We werken dus steeds op een ander ‘landje’ en hopen of verwachten dan dat leerlingen de opgedane kennis en vaardigheden als vanzelf toepassen wanneer ze op een ander stukje grond aan het werk zijn. Dat die ‘transfer’ niet of nauwelijks plaatsvindt, weten we inmiddels ook. Tegelijkertijd ervaren docenten vaak dat ze te weinig tijd hebben om aan alle onderdelen van het vak recht te doen.

Wij leren je graag op welke manier je je onderwijs kunt herontwerpen. We maken hierbij gebruik van twee modellen: constructieve afstemming (‘constructive alignment’) en achterwaarts ontwerp (‘backwards design’), zodat er samenhang komt tussen je leerdoelen, je lessen en de (formatieve en summatieve toetsen. Daarnaast zorgt de samenhang tussen de vaardigheden ervoor

• Dat leerlingen betere lezers en schrijvers worden
• Dat leerlingen de noodzaak zien om hun taalvaardigheden te vergroten
• Dat leerlingen het nut van het beheersen van de (moeder)taal zien
• Dat de docent voldoende tijd heeft om de leerlingen verder te brengen

Je krijgt informatie en voorbeelden om je eigen lessenserie op te zetten of een bestaande lessenserie onder de loep te nemen. Je kunt dat individueel doen of met collega’s uit het hele land. Er is veel ruimte voor uitwisseling, zodat je niet al het werk alleen hoeft te doen.

Aan het eind van de cursus heb je een ontwerp voor een (korte) lessenserie waarin meerdere vaardigheden samenkomen, met een bijbehorende toetsvorm.

Hoe ziet de cursus eruit?

Dag 1: bijeenkomst van 9.30 – 16.00 uur

Tijdens deze eerste dag maak je kennis met de ontwerpprincipes achterwaarts ontwerp en constructieve afstemming. Je neemt je eigen praktijk onder de loep. Ook verkennen we de mogelijkheden om leerlingen structureel met de vaardigheden aan de slag te laten gaan.

Aan het eind van de dag: 

• Heb je een eerste opzet voor een lessenserie met vaardigheden in samenhang
• Heb je een plan van aanpak voor bijpassend formatief handelen

Dag 2: training van 14.00 – 17.00 uur

Het eerste deel van de online training gaan we in op het belang van succescriteria op de motivatie van leerlingen. Ook krijg je concrete voorbeelden te zien om de feedback op het leerproces van leerlingen slim te organiseren. Het tweede deel van de middag ga je aan de slag met het verder uitwerken van je lessenserie.

Aan het eind van de middag:

• Heb je een eerste versie van een lessenserie met vaardigheden in samenhang
• Heb je passende werkvormen om feedback te organiseren in de lessenserie.

Dag 3: bijeenkomst van 9.30 – 16.00 uur

Hoe ervaren de leerlingen de nieuwe opzet? Door alvast het een en ander uit te proberen in je eigen lespraktijk en dit te delen met elkaar krijg je zicht op de succesfactoren en aandachtspunten. In de doorlopende leerlijn zorg je voor de borging van deze manier van werken. Daarvoor heb je overeenstemming in de sectie nodig. Tijdens deze dag hebben we daar ook aandacht voor.

Aan het eind van de dag:

• Is je lessenserie (zo goed als) klaar!
• Heb je een plan van aanpak richting de sectie en/of de schoolleiding.

Je krijgt als deelnemer de opdracht om in de periode tussen de cursusdagen je lessenserie uit te voeren in je eigen lespraktijk. Je stuurt een kort verslag en reflectie naar de trainers voor tussentijdse feedback.

Dag 4: facultatieve training van 15.00 – 17.00 uur

Mocht je aanvullende feedback nodig hebben, dan kun je hier tijdens deze sessie met al je vragen terecht.

Aan het eind van de middag:

• Is je lessenserie af én voorzien van feedback
• Ben je zelf helemaal klaar om op deze nieuwe manier les te geven.

Cursusdata:

In overleg.